De cabernet franc-druiven voor deze karaktervolle wijn komen uit wijngaarden die uitkijken over de rivier de Loire, een heuvelachtig gebied met een bodem van klei en kalksteen. De wijn rijpt 12 maanden op hout, gevolgd door 12 maanden rijping op de fijne lie.
Het resultaat is een karaktervolle wijn met een intens robijnrode kleur en een prachtige paarse gloed. De neus is aanvankelijk wat gesloten en doet denken aan de kalkstenen grotkelders van het château. Al snel opent de neus zich en wordt je verrast door de frisheid van de bloemige, bladachtige en rode fruit aroma's. De smaak is rond en goedgestructureerd, de tannines zijn zijdezacht door het terroir van klei en kalksteen. Een vleugje levendigheid in de afdronk, het kenmerk van Loire-wijnen, is zeer aangenaam en verkwikkend.
Château de Parnay ligt in het gelijknamige plaatsje Parnay, iets ten oosten van Saumur, aan de rivier de Loire. De 35 hectares aan wijngaarden liggen in de appellaties Saumur Champigny en Saumur, waarvan de bodem bestaat uit klei en kalksteen. Drie van de vier percelen liggen in een gebied dat ook wel ‘La Côte’ genoemd wordt, vanwege de ligging op zo’n 200 meter van de rivier de Loire. Het vierde perceel ligt een stukje verderop in het hoger gelegen Dampierre-sur-Loire, het gebied wat bekend staat om zijn vroege rijping, en ‘butte de la folie’ als bijnaam heeft.
Antoine Cristal, geboren in 1837, kocht eind 19e eeuw het château en de wijngaarden. Hij heeft dan als zakenman zijn fortuin al verdiend en wil dan zijn levenslange droom achterna gaan om wijnmaker te worden, waar hij zijn bekendheid mee zou verdienen. Vanaf dat moment heeft hij zijn leven gewijd aan de wijngaarden: hij was altijd hard aan het werk, aan het experimenteren, innoveren en investeren om de kwaliteit van de wijngaarden en de wijnen te verbeteren.
Zeker de beginjaren waren niet gemakkelijk, aangezien Phylloxera de wijngaarden teisterde. Cristal was een van de eersten die de Amerikaanse wijnstokken met succes gebruikte om de Franse druivensoorten op te enten en hij heeft op die manier de wijngaarden weer opgebouwd. Ook was hij bijvoorbeeld een van de eersten die draden gebruikte om de wijnstokken op te geleiden en bouwde hij zijn eigen machines om de wijngaarden te bewerken. Al deze investeringen en inspanningen leverden hem na verloop van tijd grote faam, successen en vele prijzen op.
Een van de percelen, ‘le Clos d’Entre les Murs’, is door Cristal op een bijzondere manier opgezet. Niet alleen is de wijngaard ommuurd, door de gehele wijngaard staan elf muren van 2 meter hoog gebouwd. De muren lopen van oost naar west, waardoor de wortels van de wijnstokken aan de noordkant wortelen aan de schaduwkant van de muur, waar het lekker koel en vochtig is. De wijnstokken worden door de muren geleid naar de zonnige zuidkant van de muren, waardoor de Chenin-druiven heerlijk in de zon kunnen rijpen. Dit perceel is in 2011 als historisch monument geclassificeerd.
Nadat Antoine Cristal stierf in 1931, raakte het wijngoed langzamerhand wat in verval. In 2006 werd het gekocht door huidige eigenaar Régis Vincenot, tevens eigenaar van Château Princé en champagnehuis Vincenot en hij heeft zijn kennis en kunde gebruikt om Antoine Cristals werk in volle glorie te herstellen en maakt nu prachtige, biologisch gecertificeerde wijnen.
De neus is aanvankelijk wat gesloten en doet denken aan de kalkstenen grotkelders van het château. Al snel opent de neus zich en wordt je verrast door de frisheid van de bloemige, bladachtige en rode fruit aroma's.
Smaak
De smaak is rond en goed gestructureerd, de tannines zijn zijdezacht door het terroir van klei en kalksteen.
Afdronk
Een vleugje levendigheid in de afdronk, het kenmerk van Loire-wijnen, is zeer aangenaam en verkwikkend.